Een fragmentopname
Het is dinsdag. Volgens mij. Een uur of 2, zegt mijn telefoon als mijn zus belt. Hoe het met me gaat? “Ja, nee, goed hoor. Nee, ja prima. Komt wel goed. Ècht.” Gelukkig maar, zegt ze, fijn om te horen. Ze waren echt bezorgd. Ik hang op. Ik doe mijn oordoppen in, slaapmasker op, ga terug naar bed. Opgerold in foetushouding onder de dekens omarm ik mijn eigen knieën en doe m'n ogen dicht. Weg. Fijn dat mijn zus gerustgesteld is.